Alle jaarverslagen

Sociaal statuut oudere kunstenaars – aanvullend pensioen

De laatste jaren krijgt de overheid meer en meer signalen dat de sociale en financiële situatie en dus de levenskwaliteit van sommige bekende kunstenaars op latere leeftijd gehypothekeerd wordt door de stijgende kosten voor gezondheidszorg en levensonderhoud.

Die kunstenaars vallen onder het paritair comité 304. Om hun situatie te verbeteren, sloten de sociale partners van paritair comité 304 op 3 december 2008 een cao, op verzoek van de Vlaamse minister van Cultuur. De cao wijzigde de cao van 28 september 2008 die een sectorplan voor een aanvullend pensioen invoerde. Doel is om elke werknemer-kunstenaar te verzekeren van een aanvullend pensioen, samengesteld uit een jaarlijkse bijdrage van minstens 1,5% van zijn brutojaarwedde – inclusief taksen, rsz en innings- en beheerskosten – in een pensioenstelsel van het type vaste bijdrage.

De Vlaamse overheid stort de jaarlijkse bijdrage voor dit aanvullend pensioen aan het Sociaal Fonds voor de Podiumkunsten (SFP), dat de middelen verdeelt over alle betrokken artiesten. In 2014 reserveerde de Vlaamse overheid 487.000 euro subsidies voor het SFP. Die verdeelt het geld over alle ingeschreven kunstenaars die bij de kunstenorganisaties werken onder paritair comité 304. In 2013 waren dat 2.473 kunstenaars uit 127 kunstenorganisaties. De cijfers voor 2014 zijn pas in de herfst van 2015 bekend.