Alle jaarverslagen

Derde Arbeidscircuit

In 2014 kregen 33 organisaties in de kunstensector subsidies voor werknemers tewerkgesteld op een geregulariseerde DAC-arbeidsplaats (derde arbeidscircuit). Die werknemers werden oorspronkelijk aangeworven via een DAC-tewerkstellingsprogramma. Na de afschaffing van dit programma kwam er een overgangsscenario, dat Kunsten en Erfgoed opvolgt.

In totaal waren er middelen voor 110 voltijdse equivalenten (VTE), van wie 75,5 VTE voor organisaties die op meerjarige basis via het Kunstendecreet ondersteund worden, en 34,5 VTE voor organisaties die buiten het Kunstendecreet vallen.

De geregulariseerde DAC-plaatsen zijn in de kunstensector zo verdeeld:

  • 15,5 VTE voor 6 kunstencentra
  • 1 VTE in een werkplaats
  • 35,5 VTE voor 10 muziekorganisaties
  • 3 VTE voor 1 organisatie in de letterensector
  • 50 VTE bij 13 theatergezelschappen
  • 5 VTE in 2 organisaties in de sector beeldende kunst.

In 2014 werd hiervoor in totaal 2.145.428,02 euro uitgetrokken voor de organisaties die gesubsidieerd zijn via het Kunstendecreet. Zij kregen de middelen voor de geregulariseerde arbeidsplaatsen via een enveloppesubsidiëring.

In 2013 werd voor de organisaties buiten het Kunstendecreet 1.396.723,82 totaal euro uitgetrokken. Zij kregen deze middelen voor de geregulariseerde arbeidsplaatsen op basis van een afrekeningsdossier. Het totaalbedrag van de toegekende middelen voor 2014 worden bekend gemaakt in het jaarverslag 2015 omdat de afrekeningen voor 2014  ons pas in de lente van 2015 worden toegestuurd.